De Boekmanstichting is in samenwerking met onderzoeksbureau Significant APE en SiRM gestart met de uitvoering van de monitor Cultuur en corona. Het doel hiervan is beter inzicht te krijgen in de gevolgen van de coronamaatregelen voor de culturele en creatieve sector en om deze vervolgens voor langere tijd te kunnen monitoren.
Dit onderzoek wordt uitgevoerd in nauwe afstemming met de taskforce culturele en creatieve sector en met steun van het ministerie van OCW, zoals ook toegelicht in de bijlage bij de uitwerking van de maatregelen binnen tweede specifieke steunpakket voor de culturele en creatieve sector.
De monitor richt zich op:
- Effecten op de omzet van culturele en creatieve organisaties.
- Effecten op de kosten, zoals de meerkosten van de coronamaatregelen en een analyse van vaste versus variabele kosten.
- De economische schade die de culturele en creatieve organisaties hebben opgelopen, de effecten van de compenserende overheidsmaatregelen en de gevolgen voor het weerstandsvermogen.
- Verschuivingen in werkgelegenheid binnen verschillende deelsectoren van de culturele en creatieve sector.
Hieraan voegen we inzichten toe rondom hoe deze gevolgen concreet doorwerken in de keten. De output van de deelsectoren van de culturele en creatieve sector wordt immers voortgebracht door een keten van instellingen, bedrijven en zzp’ers, die onderling sterk afhankelijk zijn.
Aanleiding
Het staat als een paal boven water dat de culturele en creatieve sector zwaar wordt geraakt door de maatregelen die worden genomen om verspreiding van het coronavirus te voorkomen. Voor de korte termijn hebben de verschillende partijen zo goed mogelijk inschattingen gemaakt van de omvang van de schade en wat dit voor de nabije toekomst betekent. Wat ontbreekt is een samenhangend beeld van de effecten van coronamaatregelen op de culturele en creatieve sector dat berust op feitelijke informatie die herhaaldelijk wordt uitgevraagd. Deze monitor brengt op een uniforme en tussen deelsectoren vergelijkbare wijze de gevolgen voor een zo groot mogelijk deel van de sector in beeld. De minister van OCW heeft recent bij de begrotingsbehandeling het belang hiervan onderstreept. We monitoren periodiek wat de effecten zijn van de coronamaatregelen en de steunmaatregelen van de overheid. Ook wordt duidelijk op welke vlakken moet worden bijgestuurd of meer inspanningen nodig zijn. Daarbij kijken we in ieder geval naar financiële effecten en de gevolgen voor de werkgelegenheid, met als onderdeel daarva de mate waarin zzp’ers door deze organisaties worden ingezet. Het onderzoek richt zich niet alleen op de huidige situatie van de sector, maar ook op de verwachte ontwikkeling daarvan in 2021.
Aanpak
De monitor berust op een representatieve steekproef onder organisaties uit verschillende deelsectoren. Daarbij selecteren we op omvang van de organisatie (gebaseerd op de omzet in 2019) en op regionale spreiding bij zowel gesubsidieerde als niet-gesubsidieerde organisaties. Voor deze organisaties voeren we de nulmeting in 2019 uit, om vervolgens bij hen de ontwikkelingen in de tijd te blijven volgen. Voor de analyse is het belangrijk dat zoveel mogelijk instellingen de vragenlijst invullen. We benadrukken dan ook graag samen met de taskforce het belang van medewerking aan het onderzoek. Tegelijkertijd beseffen we ons dat het invullen een inspanning vraagt. Het trekken van een steekproef en het uitvragen van een korte concrete set van indicatoren zorgt er echter voor dat de administratieve lasten voor de culturele instellingen zo beperkt mogelijk kunnen blijven.
Wat de verschillende deelsectoren aan werk produceren, wordt voortgebracht door een keten van instellingen, bedrijven en zzp’ers, die onderling sterk afhankelijk zijn. We vragen steeds kwartaalcijfers van de organisaties op om rekening te houden eventuele seizoenseffecten en een beter beeld van het verloop van de coronacrisis te krijgen dan vanuit jaarcijfers mogelijk is. De verzamelde gegevens worden strikt vertrouwelijk behandeld en nooit op organisatieniveau gepresenteerd. Dit betekent ook dat de gegevens niet met derden worden gedeeld buiten de onderzoeksgroep, tenzij de organisaties daarvoor nadrukkelijk toestemming hebben gegeven.
De vragenlijst wordt meerdere keren verspreid, zodat we in de tijd kunnen volgen wat de daadwerkelijke gevolgen zijn van de coronamaatregelen en de coronagerelateerde steunmaatregelen. De uitkomsten zijn niet alleen van groot belang voor beleidsmakers, ook de sector zelf heeft baat bij een uniform en samenhangend beeld om duidelijk te maken of, en zo ja welke, nadere ondersteuning nodig is.
Waar staan we nu
Een eerste vragenlijst is verstuurd aan een deel van de sector. Bij de eerste uitvraag hebben we presenterende en producerende organisaties binnen de volgende delen van de sector bevraagd: theater en jeugdtheater, muziektheater, dans, koren en ensembles, orkesten, beeldende kunst, medialabs, festivals, vrije producenten en poppodia.
De gebruikte vragenlijst is in overleg met de taskforce en het CBS opgesteld. Voor de monitor is een helpdesk ingericht waar organisaties met hun vragen terecht kunnen. Bij de verspreiding hebben organisaties aangegeven meer tijd nodig te hebben om de vragenlijst in te vullen dan hiervoor beoogd was. Er is dan ook voor gekozen om organisaties meer tijd te geven. Daarnaast kijken we of vereenvoudiging van de vragenlijst nodig is om de werkdruk voor het invullen te verkleinen.
Wanneer voldoende reacties op de vragen binnen zijn, stellen we een eerste rapportage op die ingaat op de gevolgen voor de financiën en werkgelegenheid. Hierin wordt onder andere gekeken naar de mate waarin naast het wegvallen van inkomsten ook kosten zijn weggevallen. Hoeveel geld gaat er naar personeel dat niet in loondienst is? Welke verschillen bestaan er tussen organisaties die normaliter veel publieksinkomsten hebben en organisaties waarbij minder het geval is, tussen organisaties die produceren of juist presenteren? En wat is het toekomstperspectief? Hoe staat het met het weerstandsvermogen van organisaties? Komen de coronagerelateerde steunmaatregelen wel op de goede plek terecht? Ons streven is om in december 2020 met een beknopte eerste rapportage naar buiten te komen. We hopen dat de musea en de theaters en concertzalen dan ook deelnemen aan de monitor.
Wat zijn de volgende stappen
De komende maanden proberen we een groter deel van de sector te onderzoeken. In overleg met branche- en koepelorganisaties wordt een steekproef getrokken van organisaties op het gebied van cultuureducatie en -participatie, de audiovisuele sector en monumenten en waar mogelijk andere erfgoedorganisaties. De letterensector wordt al voldoende in beeld gebracht door de Koninklijke Bibliotheek en KVB Boekwerk. De volgende uitvraag vindt rond half januari plaats. Daarin brengen we 2020 in kaart. Bij delen van de sector die via de vragenlijst niet goed in beeld kunnen brengen, nemen we aanvullende interviews af.
We spannen ons in om de verschillende vragenlijsten die in de sector worden verspreid zoveel mogelijk af te stemmen om te voorkomen dat organisaties in deze uitdagende periode worden overvraagd. Dat neemt niet weg dat de deelname aan de monitor een behoorlijke inspanning van de organisaties vergt.
Voor meer informatie en vragen kunt u contact opnemen met Rogier Brom