Op 7 en 8 juni kwamen vertegenwoordigers uit de culturele sector van een achttal Arabische landen bijeen in hotel Le Bristol in Beiroet. Zij spraken over de positie van kunst en cultuur in hun landen en gingen op zoek naar mogelijkheden om met elkaar en met derden samen te werken. Aanleiding was de recente productie van cultuurpolitieke zelfportretten van deze landen, te weten: Syrië, Jordanië, Libanon, Palestina, Egypte, Tunesië, Algerije en Marokko.
Ze dienen tevens als kopij voor een boek over hetzelfde onderwerp, later dit jaar te publiceren door Boekmanstudies, in opdracht van de Europese Culturele Stichting. De conferentie was belegd door de Egyptische onafhankelijke culturele organisatie El Mawred (Egyptisch voor `bron’), die tevens fungeert als centrale coördinator van het publicatieproces aldaar. Naast vertegenwoordigers van de acht landen waren er ook een dozijn Europeanen aanwezig, onder wie vertegenwoordigers van de EU en de Raad van Europa.
Kwesties die bij herhaling terugkeerden waren de problemen met betrekking tot censuur en vrije meningsuiting en daarmee verbonden de dominante rol van de staat met betrekking tot de cultuur – vaak onvermijdelijk vanwege het vigerende financieringsmodel. Ook ging het over het onderontwikkelde bestuurlijke kader, mede bij gebrek aan armslag van de civil society en onderwijsmogelijkheden, en over de moeizame weg naar duurzaamheid in de culturele sector, zowel qua participatie en economische weerbaarheid, alsook voor wat betreft de onderhouds- en conserveringsprogramma’s van cultureel erfgoed.
Er werd veel gediscussieerd over hoe strategieën te ontwerpen voor een betere sociale en economische inbedding van de cultuur en het erfgoed. Ok werd gebrainstormd over samenwerking in de regio en met Europa en de EU. De aanwezigen waren het er roerend over eens dat de rijke cultuur en de grote hoeveelheid kunstschatten in de betrokken landen een betere bescherming ruimschoots verdienen. De bloei van het kunstleven is voor alle inwoners van de acht landen van levensbelang.