Boekman #95
Boekman 95 peilt de perspectieven voor en beperkingen van een sociaal-liberaal cultuurbeleid. In het vorige kabinet (Rutte I, 2010-2012) werd het poldermodel afgezworen. Met Rutte II, een Paars kabinet, maakte het polderen zijn comeback. In deze Boekman onder meer een interview met minister Bussemaker van OCW, waarin zij haar eerste gedachten formuleert over het cultuurbeleid dat zij in de subsidieperiode 2013-2016 wil uitstippelen. Presentatie: Op dinsdag 18 juni werd dit nummer gepresenteerd in Nieuwspoort in Den Haag. Met bijdragen van Mark van de Velde (Teldersstichting), Frans Becker (Wiardi Beckman Stichting) en Caspar de Kiefte (FNV-KIEM). Lees hier het verslag.
In deze Boekman formuleert de minister van OCW, Jet Bussemaker, haar eerste gedachten over het cultuurbeleid dat zij wil uitstippelen voor de subsidieperiode 2013-2016. Ter voorbereiding op haar visiebrief over het cultuurbeleid in juni 2013, voerde zij op verschillende plaatsen in het land
rondetafelgesprekken. In het interview voor Boekman zegt zij daarover: ‘Ik heb niet de illusie dat ik cultuur verder breng door op kantoor in Den Haag te bedenken welke partijen het beste met elkaar kunnen samenwerken. In blauwdrukken die het rijk aan de sector oplegt, geloof ik niet.’ De gesprekken die zij met het veld voerde, bestreken een breed terrein, van archeologie tot cultuureducatie.
Vrijheid is een belangrijke waarde voor zowel liberalen (VVD) als socialisten (PvdA). Het recht om in vrijheid te leven staat bij beide bovenaan in het beginselprogramma. In een vrij land wordt kunst gestimuleerd. Kunstenaars zijn de criticasters, de eigenwijzen die buiten de lijntjes kleuren, de motoren van innovatie. In een democratie is hier ruimte voor. Als vrijheid wordt ingeperkt, treft het vaak als eerste de kunstenaars.
Op de vraag wat de invloed is van sociaal-liberaal beleid op de poppodia en -festivals, schoten mij wedervragen te binnen, zoals ‘Wat is de invloed van sociaal-liberaal beleid op pluimvee’, of ‘Wat is de invloed van sociaal-liberaal beleid op studeren in het buitenland?’ Wat is sociaal-liberaal? Het is verleidelijk in te gaan op de begrippen negatieve en positieve vrijheid.
Openbare bibliotheken worden grotendeels gefinancierd door gemeenten. Sinds halverwege de jaren tachtig is het een gedecentraliseerd beleidsterrein. Kernfuncties zijn: leesplezier en leesvaardigheden bevorderen en lezen stimuleren, bestrijden van laaggeletterdheid, ondersteunen van ‘levenslang leren’, wegwijs maken in de overvloed aan kennis en informatiebronnen, en media-educatie. De bewindslieden van OCW én hun partijen in het vorige en huidige kabinet zijn het hierover met elkaar eens. Door de jaren heen zijn de functies uitgebreid, op verzoek van gemeenten, om aan te sluiten bij gemeentelijk beleid. Toegang bieden tot kunst en cultuur en debat mogelijk maken.
De teloorgang van de creatief-culturele sector wordt al net zo lang voorspeld als zij bestaat; omdat alles van waarde weerloos is, en de dreiging nooit veraf. In de industriële periode, de periode die ons de voorspoed en de duurzaamheidsdreiging gaf, was creativiteit verdacht. Het leidde af. En het bracht niets op. Wie een zoon of dochter had die doorging voor creatief kon op sympathie rekenen. Het voorspelde weinig goeds. Wie een zoon of dochter had die ‘creatief was en gevoelig’, kon op regelrecht medelijden rekenen. Dat kwam nooit meer goed.
Met het aantreden van het nieuwe kabinet en daarmee een nieuwe minister van Cultuur lijkt er een zucht van verlichting door de wereld van de kunst en cultuur te gaan. De toon is vriendelijker en er lijkt sprake van een hernieuwde dialoog tussen de minister en het culturele veld. Dit kan echter niet verhullen dat het mes van de bezuinigingen nu pas begint te snijden (zie de bijdrage van B. Vinkenburg in deze Boekman, red.). Ook deze minister kan daar niets aan veranderen. Laat ik daarom realistisch zijn: de marges voor de ideologische invulling van het beleid zijn op dit moment smal. De crisis en de bezuinigingen van het vorige kabinet bieden weinig ruimte voor hoogdravende ideeën over de inrichting van de samenleving en de positie van kunst en cultuur hierin.
Dit artikel gaat over geld dat het rijk besteedt aan kunst en cultuur. Is dat veel? Ach, het betreft slechts een half procent van de totale uitgaven van het rijk, en dit bescheiden aandeel neemt sterk af. Het rijk gaf in 2010 ongeveer 1 miljard euro uit aan kunst en cultuur, bijna geheel opgebracht door het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW).
Hoofddirecteur Wim Pijbes spreekt over het vernieuwde Rijksmuseum als de verbindende factor tussen mensen, kunst en geschiedenis. Deze woorden suggereren dat het Rijksmuseum de ambitie heeft het nationaal historisch museum van Nederland te zijn. Op 25 april werd in Spui25 te Amsterdam over deze vraag gediscussieerd. Kees Zandvliet bewerkte voor Boekman de lezing die hij bij die gelegenheid gaf.
Deze site gebruikt functionele cookies en externe scripts om je beleving te verbeteren. Voor meer informatie bekijk onze Cookie- en Privacyverklaring
Privacy instellingen
Wij maken gebruik van cookies
De Boekmanstichting maakt gebruik van cookies voor het anoniem meten van het websitebezoek en het vergroten van het gebruikersgemak.
Voor meer informatie bekijk onze Cookie- en Privacyverklaring
NOTITIE: Deze instellingen zijn alleen geldig voor de browser en het apparaat dat je nu gebruikt.
Google Analytics
Analytische cookies verzamelen informatie over uw gebruik van de website. Met deze informatie kunnen wij die zo goed mogelijk laten werken. Dankzij de analytische cookies weten we bijvoorbeeld welke pagina’s het vaakst worden bezocht, kunnen we problemen vastleggen en weten we welke advertenties effectief zijn. Zo zien we hoe het publiek in zijn algemeen de website gebruikt, in plaats van een enkele persoon. Met die informatie analyseren we het verkeer op de website.