Een waaier aan toekomstdromen
Hoe ervaren particuliere kunstdocenten en docenten die bij culturele instellingen buitenschoolse kunsteducatie verzorgen hun situatie, na ruim twee jaar coronacrisis? Hoe kijken zij naar hun toekomst? Een dansschooleigenaar, beeldend kunstenaar, muziekproducent en rapdocent delen hun ervaringen en blikken vooruit.
De coronacrisis heeft zijn sporen nagelaten in de culturele sector. Niet alleen verarmde het kunstonderwijs op basisscholen, ook buitenschoolse kunsteducatie kwam vooral in de eerste fase van de crisis tot stilstand. Het werk voor kunstdocenten droogde op en om aan inkomsten te komen waren vooral de zelfstandigen onder hen gedwongen ander werk te zoeken. Met het nieuws dat staatssecretaris Cultuur en Media Uslu voor 2022 structureel 135 miljoen euro reserveert voor de culturele en creatieve sector in haar herstelplan, en vanaf 2023 170 miljoen euro, lijkt er meer perspectief voor zelfstandige kunstdocenten en culturele instellingen met een educatief kunstaanbod (Uslu 2022). Makers en culturele ondernemers in vooral het vrijetijdsdomein krijgen haar financiële aandacht. Haar motivatie: de creatieve en culturele sector is van wezenlijk belang en verdient meer waardering.
Dit artikel verscheen in Boekman #132
‘Nu breaking een olympische sport is geworden verwacht ik dat we gaan groeien. Maar we hebben niet genoeg ruimte om dit op te vangen.’
Olympisch breaken als aanjager
‘Breaknerds gaan toch wel door, die zijn zo gek van hun danssport, daar kan geen crisis tegenop’. Peter Buring (38) werkt als zzp’er voor Noordstaat, een urban art-instelling in Groningen, en runt daarnaast met een collectief de breakdanceschool 84studios. Net als andere instellingen heeft hij voor zijn school de lockdownregels moeten handhaven: eerst geen lessen, dan online lessen, dan weer buitenlessen. Het was voor zijn leerlingen lastig om online te blijven leren. ‘In het begin hadden we nog tien leerlingen online, maar dat werden er al snel vier of minder’, zo vertelt Buring. Niet dat hij zich daardoor uit het veld liet slaan: ‘We staken veel tijd in video’s die we op ons YouTubekanaal plaatsten, zodat de leerlingen thuis konden oefenen.’ Maar aan de views zag hij dat de video’s nauwelijks werden bekeken. Tijdens de crisis raakte hij zo’n 60 procent van zijn leerlingen kwijt.
Nu de overheidsrestricties zijn losgelaten krijgt 84studios meer externe opdrachten, zoals breaklessen verzorgen voor de verlengde schooldag. En in zijn eigen dansstudio zijn de peuterlessen tot en met de lessen voor gevorderden volgeboekt: ‘Nu breaking een olympische sport is geworden verwacht ik dat we gaan groeien. Maar we hebben niet genoeg ruimte om dit op te vangen.’ Bovendien gaat de gemeente hun gebouw slopen dat al jaren als broedplaats dient. ‘Een nieuwe locatie hebben we nog niet.’ Daar staat tegenover dat hij hoopt dat de olympische status tot meer gemeentelijke financiële ondersteuning leidt, ook omdat het collectief van 84studios deze de afgelopen 25 jaar nooit heeft aangevraagd en alles zelf heeft opgebouwd. Het nieuws dat staatssecretaris Uslu miljoenen aan de creatieve sector heeft toegezegd, bracht hem ertoe uit te zoeken hoe ze hiervan gebruik kunnen maken. ‘Niet dat 84studios al een docententekort heeft zoals ik merk bij Noordstaat, maar we moeten niet te lang wachten met opleiden. Bovendien zijn het bij ons breaknerds, die blijven dit doen, wat voor crisis er ook is.’
‘Als kunstenaar wil ik iets bereiken en heb ik een verhaal, een boodschap. Om mensen uit te nodigen deel te nemen stel ik mezelf de vraag: “Wat is de rol van de deelnemer, waarom en hoe gaat die participeren in mijn werk?”.’
Educator en kunstenaar ineen
‘Dit is wat ik doe, dus stoppen is geen optie.’ Beeldend kunstenaar Lobke Meekes (41) uit Harfsen is de rust zelve. Corona betekende voor haar meer tijd en focus om haar master kunsteducatie af te ronden. De manier waarop ze lesgaf veranderde. Zoals haar project Eenwoud1 dat ze al was opgestart voor corona. Je kon aan het project meedoen door een boom met een persoonlijk verhaal voor te dragen. Die bomen vormen samen een digitaal bos. De nazaten van de bomen groeien op in een kraamkamer in het Brabantse Landpark Assisië, waarna ze een permanente plek krijgen om tot een echt bos uit te groeien. Werken met groepen was onmogelijk door de maatregelen, maar met de aangemelde deelnemers aan Eenwoud kon ze prima individueel afspreken en het project laten doorgaan.
Ze krijgt vaak de vraag of dat wat zij doet kunst is of niet. ‘Ik bouw verhalen. Deze verhalen spelen zich meestal af in de openbare ruimte. Doordat ik verschillende media gebruik is mijn werk lastig in één hokje te plaatsen. Kenmerkend voor mijn werk is dat bezoekers of voorbijgangers onderdeel uitmaken van het verhaal.’
Haar praktijk is breed: als beeldend kunstenaar en educator in de kunsten geeft ze met een mededocent les aan theatermakers, muzikanten en andere kunstenaars die nog niet actief zijn in het onderwijs maar dat wel willen, en aan ‘gewone’ leerkrachten met als doel ze vaardig te maken in het ontsluiten van makerschap bij hun leerlingen. In haar kunstpraktijk spreekt ze consequent over deelnemers, niet over leerlingen. ‘Als kunstenaar wil ik iets bereiken en heb ik een verhaal, een boodschap. Om mensen uit te nodigen deel te nemen stel ik mezelf de vraag: “Wat is de rol van de deelnemer, waarom en hoe gaat die participeren in mijn werk?”’
Meekes heeft ontdekt hoe haar verschillende rollen als onderzoeker, maker en educator haar werk vormgeven en wil dat verder ontwikkelen. ‘Voorheen zag ik mijn educatiekant en mijn kunstpraktijk als twee gescheiden dingen; je bent kunstenaar of je bent educator, ik vond die beide rollen lastig te verenigen. Maar leren doe je niet alleen in de klas, dat doe je ook daarbuiten.’
De toekomst ziet ze positief in omdat ze flexibel genoeg is in haar praktijk om te kunnen doorgaan. Dit zag ze ook bij veel makers om zich heen, die bleven zoeken hoe ze hun werk konden blijven doen. Ook voor het onderwijs vindt ze dit belangrijk: ‘Bij een eventuele volgende lockdown moet kunst- en cultuuronderwijs structureel aangeboden worden. Juist dan is het ontzettend waardevol om je te kunnen uiten en verhalen uit te wisselen.’
‘Elke week keek ik naar wat wel door kon gaan voor de jongeren. Online werkte niet goed, veel van die jongeren hadden een rugzakje mee en niet een ideale thuissituatie om online te kunnen meedoen. Hun oefenplek buitenshuis was hun “thuis”.’
Selfmade muziekproducent en coach met ambitie
‘Wat ik nu doe heb ik mezelf aangeleerd, maar ik ben opgegroeid in een muzikale familie en maak sinds mijn veertiende muziek.’ Laurent Beemer (30) werkt sinds zijn vijftiende vanuit Roermond als muziekproducent van veelal hiphopartiesten. Hij componeert, neemt muziek op, mixt en mastert het, voegt muzikale variaties toe en coacht de artiesten – vaak ook freelance docenten – voor wie hij produceert. Sinds 2018 is hij ook muziekcoach in het project Nieuwe Helden in Roermond. Daarin werken jongeren tussen de 12 en 23 in tien weken vanuit verschillende kunstdisciplines als dans, toneel, rap, singer songwriting en muziekproducing aan een show.
Nieuwe Helden is een community art-project in Roermond dat in 2012 is ontstaan in samenwerking met welzijnsorganisatie Stichting Wel.kom, de ECI Cultuurfabriek, Stichting Onderwijs Midden-Limburg (SOML) en de gemeente Roermond. Inmiddels is het uitgebreid naar andere grote steden in de provincie Limburg. Er is daarnaast een vervolgtraject in de maak voor jongeren die meer in hun mars hebben en zich verder willen ontwikkelen.
Corona was zuur voor Beemers praktijk als muziekproducent. Niet alleen door inkomstenverlies maar vooral voor de artiesten die hij begeleidt. ‘Toen scholen sloten, verdween ook hun werk.’ Velen van hen kwamen niet in aanmerking voor de steunmaatregelen omdat ze pas enkele jaren hun inkomen aan het opbouwen waren. Daarnaast stagneerde het project Nieuwe Helden omdat de oefenplek – een school – moest sluiten en er eerst geen alternatieven waren. ‘Elke week keek ik naar wat wel door kon gaan voor de jongeren. Online werkte niet goed, veel van die jongeren hadden een rugzakje mee en niet een ideale thuissituatie om online te kunnen meedoen. Hun oefenplek buitenshuis was hun “thuis”.’
Toch was het niet alleen ellende. ‘Wat corona opleverde was dat we een andere manier kozen om een show te kunnen maken voor Nieuwe Helden: we maakten een film. De opnames deden we op buitenlocaties en de film is uitgebracht tijdens corona.’ Dat betekende veel voor de jongeren die meededen; ze werden weer uitgedaagd en gezien. Wat zijn werk met artiesten betreft merkte hij dat corona ook tijd opleverde voor de artiesten om te schrijven en nieuw werk te maken, en dat was gunstig voor hun creativiteit. ‘In mijn studio konden we meteen aan de slag.’ Ze werden superproductief, zonder natuurlijk zicht op hoe ze er financieel uit zouden komen. Zo op de helft van de coronapandemie zorgden noodfondsen voor budgetten voor sommige artiesten om singles of een album te maken, wat anders niet had gekund. Corona creëerde dus ook kansen voor kunst.
Beemer beseft dat hij aankomende muziekproducers moet opleiden om zijn culturele onderneming te kunnen blijven runnen. ‘Ik heb door gebrek aan tijd veel projecten moeten afwijzen. Ik wil daarom assistenten opleiden zodat ze mij kunnen ondersteunen en leren coachen als ik er niet kan zijn.’
‘Ik hou mijn eigen broek op en heb me eerlijk gezegd niet eens verdiept in de specifieke steunregelingen die er vanuit de overheid voor de kunstensector zouden zijn.’
Cultureel en sociaal ondernemend als drive
‘Ik hou mijn eigen broek op en heb me eerlijk gezegd niet eens verdiept in de specifieke steunregelingen die er vanuit de overheid voor de kunstensector zouden zijn.’ Siggi Florentina (32) is een jonge kunstprofessional in rapteksten en muziek uit Den Haag. Ze heeft een bijbaan in de bouwmarkt, waar ze ook vóór corona werkte. In 2014 startte ze haar culturele onderneming als rapmuzikant. Voor haar is de koppeling tussen muziek en maatschappelijke doeleinden vanzelfsprekend. Ze begeleidt kinderen en jongeren die om uiteenlopende redenen niet gemakkelijk een podium vinden voor hun talenten met het schrijven van betekenisvolle teksten. Doel is die teksten om te zetten in rap. In haar workshops gaat ze met hen aan de slag, altijd in samenwerking met buurtcentra, lokale theaters en scholen. ‘Met Gohard (haar onderneming, AD) kom ik in basisscholen als kunstenaar in de klas om raplessen te geven en mijn verhaal te delen.’
Florentina profileert zichzelf als sociaal cultureel ondernemer. Zo werkt ze samen met een organisatie voor speciaal onderwijs. ‘Ik heb een lesplan ontwikkeld dat past bij hun doelgroep en toch dicht bij mijn kunstvak en wat ik daarin doe blijft.’ Tijdens de coronapandemie viel zo’n 90 procent van haar werkzaamheden weg. Pas na het eerste jaar kon ze online soms een workshop geven. Daar heeft ze eigenlijk weinig mee: ‘Ik ben zelf van de fysieke lessen en ontmoetingen, dus dat was een heel lastige periode.’
Toch ontwikkelde zij zich tijdens deze periode verder als maker. ‘Ik was vóór corona alleen met werk, werk, werk bezig, en niet met mijn eigen creatieve brein en muziek. Dus kon ik nu met meer rust voor mezelf nadenken en plannen wat ik zou willen met het talent dat ik heb.’ Deze creatieve reflectie leverde haar het idee van een talkshow met jongeren op en de samenwerking met het Laaktheater. Daarnaast ontwikkelde ze met stichting Slagwerk Den Haag een muziekproject met haar teksten en percussie met alledaagse voorwerpen. Dit presenteerden ze toen het tijdens de coronacrisis kon voor publiek. Dat leidde tot een soortgelijk project in samenwerking met de Kunst Onderwijs Organisatie van Den Haag (KOO).
Florentina zoekt steeds partners met een podium voor haar aanbod op en ontwikkelt met hen verder. ‘Ik kan als eenling geen festival organiseren, maar met een theater samenwerken maakt dat wel mogelijk. Een eigen culturele spot hebben om mijn ding te doen is mijn droom.’
Zonder algemene uitspraken over kunstprofessionals te willen doen, komt uit deze vier verhalen sterk een beeld naar voren dat vaker bij kunstprofessionals zichtbaar is: zo gek van je vakgebied zijn dat je hoe dan ook ermee doorgaat, crisis of niet. Dit blijkt ook uit eerder onderzoek naar kunstprofessionals.2 Deze vier kunstprofessionals hebben tijdens de coronacrisis hun werk voortgezet en nieuwe plannen gemaakt, zich creatief opgeladen en hun talenten opgepoetst. Hetzij door meer verdieping, samenwerking of uitbreiding van hun culturele praktijken.
Hoe ervaren particuliere kunstdocenten en docenten die bij culturele instellingen buitenschoolse kunsteducatie verzorgen hun situatie, na ruim twee jaar coronacrisis? Hoe kijken zij naar hun toekomst? Een dansschooleigenaar, beeldend kunstenaar, muziekproducent en rapdocent delen hun ervaringen en blikken vooruit.
Noten
1 Eenwoud is ontstaan in het kader van Common Ground, een initiatief van Studio Assisië op het gelijknamige landpark (www.lobkemeekes.nl/eenwoud).
2 Zie onder andere
- Uslu, G. (2022) Hoofdlijnenbrief cultuur 2022: herstel, vernieuwing en groei. Tweede Kamer 32820, nr. 467.
Amalia Deekman
Specialist onderzoek bij Landelijk Kennisinstituut Cultuureducatie en Amateurkunst (LKCA). Haar specialisatie is cultuurparticipatie in de vrije tijd. Fotografie: Lilian van Rooij.